Bedieningshendels voor de mechanische SCV's

LX1056843-UN-01MAR13

LX1056708-UN-12JUL12

LX1046218-UN-22JUN11

A - INSCHUIVEN

B - UITSCHUIVEN

C - VRIJSTAND

D - Zweefstand

E - SCV I

F - SCV II

G - Uitschakelklep

H - Fronthefinrichting

l - Frontkoppeling

De regelhendel heeft vier standen.

(A) — In ingeschoven positie, schuiven de regelcilinders in.

(B) — In uitgeschoven positie, schuiven de regelcilinders uit.

(C) — In neutrale positie blijft de regelcilinder in de stand staan.

(D) — In positie “zweefstand” (de zuiger beweegt zich vrij binnen de regelcilinder), volgt het aanbouwwerktuig de bodemcontouren.

OPMERKING: Als er aanvullende externe kleppen worden gebruikt, zet dan de regelhendel in neutrale stand om een hydraulische functie uit te schakelen.

WAARSCHUWING: Gevaar voor ongelukken, als een fronthefinrichting en frontkoppelingen worden gemonteerd!

Neem in acht dat SCV I en II niet voor twee toepassingen kunnen worden gebruikt.

Gebruik van SCV I:

• Als SCV I (E) wordt gebruikt, moet gecontroleerd worden of de uitschakelklep (G) gesloten is.
• Bij gebruik van een fronthefinrichting (H), moet gecontroleerd worden of de uitschakelklep open is. Er mag geen andere werktuig op de SCV I aangesloten zijn.

Gebruik van SCV II:

• Bij gebruik van SCV II (F), moet gecontroleerd worden of geen ander werktuig op de frontkoppelingen (I) aangesloten is.
• Bij gebruik van frontkoppelingen (I), moet gecontroleerd worden of geen ander werktuig op de SCV II (F) aangesloten is.