Motorolie verversen

LX1053341-UN-28FEB12

LX1057559-UN-12JUL12

LX1049783-UN-12AUG10
A - Olieaftapplug
B - Olievulhals
C - Oliepeilstok
BELANGRIJK: Gebruik olie met een viscositeit die geschikt is
voor het desbetreffende seizoen.
Tap de olie af bij afgezette motor, maar als de motorolie nog
warm is.
-
Demonteer aftapplug (A).
-
Vervang tijdens aftappen van de olie het filter.
-
Monteer de aftapplug opnieuw en draai deze aan met 50 N·m
(37 lb.-ft.). Gebruik een nieuwe afdichtring.
-
Voeg olie met de juiste viscositeit toe via vulhals (B). Zie
hoofdstuk Brandstof, smeermiddelen, hydraulische
olie en koelmiddel.
| Punt | Meting | Specificatie |
|
Vulhoeveelheid | Hoeveelheid | ongeveer 16 l ongeveer 4.2 U.S. gal. |
-
Gebruik de oliepeilstok (C) om het oliepeil te controleren.
Oliepeil moet zich in bovendeel van gearceerd bereik op de oliepeilstok
bevinden. Vul bij tot het juiste peil indien nodig.
-
Laat de motor korte tijd draaien en controleer de filterhouder
en de olieaftapplug op lekkage.
-
Stop de motor.
-
Controleer oliepeil opnieuw. Het moet zich bij de bovenste markering
op de oliepeilstok bevinden.
|
|
OULXA64,0002DEE-18-20130305
|
|