Achterlichten gebruiken

PY15566-UN-21NOV12

PY15569-UN-02AUG12
A - Positie grootlicht
B - Positie dimlicht
C - Achterlicht
D - Richtingaanwijzers
Rode achterlichten (C) worden ingeschakeld als de lichtschakelaar
op positie grootlicht (A) of op positie dimlicht (B) of parkeerstand
staat.
Controleer of de achterlichtlenzen schoon zijn alvorens op de
openbare weg te rijden zodat andere weggebruikers het licht duidelijk
kunnen zien.
WAARSCHUWING: Voorkom botsingen met andere weggebruikers, langzaam
rijdende trekkers, met werktuig of getrokken uitrusting en zelfrijdende
machines op de openbare weg. Controleer steeds of er verkeer van achteren
komt, vooral in bochten, en gebruik handtekens of richtingaanwijzers. Gebruik altijd koplampen, waarschuwingslicht en richtingaanwijzers.
Houd u aan de lokale voorschriften met betrekking tot verlichting
en markering van apparatuur. Houd verlichting en markeringen steeds
in goede staat. Vervang ontbrekende of beschadigde verlichting en
markeringen. Een veiligheidsverlichtingsset voor aanbouwunits is te
verkrijgen bij uw John Deere-dealer.
|
|
SK35149,000038B-18-20140521
|
|